De andere HollandAcht is in 2019 vooral op trainingskamp en hoogtestage dus gaat alle aandacht het eerste half jaar naar de ANRT plaatsen in de vier. De strijd gaat tussen een dubbel dozijn roeiers die in steeds in andere kwartetten roeien. Dat leidt via de Wedau Regatta tot aanwijzing van een 4- voor het EK met twee voormalige HollandAchtU23 roeiers aan boord: Michiel Oyen (2016, 2017) en Nelson Ritsema (2016). Maar het seat racen gaat daarna gewoon door, dus zij zijn nog lang niet zeker van hun plaats in de A-vier. Ook de roeiers uit de HOCRvier van 2018 zijn nog volop in de race. En als in juni de “Amerikanen” Simon van Dorp, Maarten Hurkmans en Michiel Mantel (BM8 2016, 2017) weer terug zijn in Nederland breidt het kwartetten zich uit tot de plaatsen in de acht. Zo komt de HollandAcht pas in Rotterdam (WorldCup III 12-14 juli) in WK-opstelling op het water om te sparren tegen de USA U23 acht en zijn er van de vijf HollandVieren uit het voorseizoen nog minstens twee over. Als de wind zich een beetje rustig houdt, kan het nog spannend worden in Rotterdam. En wie definitief afvalt voor Tokyo 2020 kan altijd nog naar de Olimpick Games (29 mei 2020).
De WCIII voorwedstrijden zijn meteen al interessant. Twee NED M2X, NOR en NZL in de eerste voorwedstrijd. Bij de M4- twee NED en twee GBR in de eerste voorwedstrijd. Bij de achten AUS, GER, NED en RUS in de eerste voorwedstrijd, USA U23, ROU, GBR en NZL in de andere. Bij de M8+ en de M4- gaan alleen de winnaars van de voorwedstrijden direct naar de finale. Bij de M2X de nummers 1 en 2. De rest roeit herkansing. Maar op vrijdag 12 juli slaat het noodlot toe. Terwijl orkaan Barry de VS teistert nadert het onweer Rotterdam. “Due to adverse weather conditions, the FISA Fairness Committee has delayed the racing programme. Further announcement about the time will be made.”
In de time trials van de M2X roeit NED2 (Broenink, Twellaar) meteen de beste tijd (6:27), al lukt het de tijdwaarneming niet om de tijd, die goed is voor directe plaatsing in de halve finales, ook vast te leggen. Ook in de halve finales roeien Broenink en Twellaar de snelste tijd. NED1 weet zich niet te plaatsen voor de finale.
Bij de M4- is NED2 met Nelson Ritsema (BM8 2016) bijna twee lengtes sneller dan NED1 (de officiële HollandVier met Michiel Mantel BM8 2016 2017), maar alleen GBR1 plaatst zich direct voor de finale. In de tweede reeks time trials zijn de vieren van AUS en GER ook beduidend sneller dan NED1 en NED2. Via de herkansingen plaatsen POL, ROU, GER en DEN zich voor de finale. NED2 wint de B finale, ruim twee lengtes voor NED1. De A finale is opnieuw voor AUS, gevolgd door GBR en GER.
Bij de achten start ROU weer net zo snel als GER maar is het GBR dat zich van Henley heeft hersteld en de snelste tijd neerzet, voor NZL, ROU en USA U23. NED heeft eigenlijk een training in Amsterdam/Almere gepland en eindigt met een matige tijd achter GER en AUS. In de herkansing weet NED USAU23 maar nipt voor te blijven. USA U23 maakt in het laatste interval bijna een lengte goed en wordt met 5:46,330 vijfde. NED plaatst zich met 5:46,250 op het nippertje voor de finale, achter NZL, ROU en AUS.
Ook op de finaledag is het weer niet best. De wind is gedraaid en na de B finales zijn er regelmatig harde vlagen waarvan vooral de hoge banen nadeel hebben. NED mag door de matige tijd in de herkansing de finale met het gunstige boegnummer 1 roeien, maar halverwege de dag wordt de baanindeling omgegooid en krijgt NED boegnummer 6. Op momenten met minder wind zijn er ook minder golven en is het baannadeel weer minder. GBR heeft nu baan 1 en als GER in baan 2 na 900 meter iets inzakt gaat GBR gewoon door voor de winst. Voor het eerst sinds 2017 is GER verslagen.
